De magiërs van Imardin hebben zich teruggetrokken achter de hoge muren van hun legendarische magiërsgilde. Slechts eenmaal per jaar doorbreken ze hun afzondering, als ze de straten van Imardin ontdoen van zwervers en ander ongewenst volk. Dit noemt men de Zuivering. De jonge Sonea is opgegroeid in de sloppenwijken en heeft geleerd de magiërs te haten. Op een dag komt ze tijdens de Zuivering oog in oog te staan met de magiërs en voor ze het weet gooit ze een steen naar het magische schild dat hen omringd. Tot ieders verrassing doorboort de steen het magische schild rond de magiërs en raakt een van hen aan het hoofd. De magiërs zijn geschokt. Nooit eerder heeft een ongetrainde uit het gewone volk een dergelijk vermogen laten zien. Sonea slaat op de vlucht, geholpen door haar vrienden en het dievengilde, dat in haar een waardevolle aanwinst zien. De magiërs beseffen dat Sonea is wat ze het meeste vrezen: een ongetrainde magiër buiten hun bereik. Ze moeten haar vinden voordat haar magie losbreekt en haar vernietigd - met de stad erbij.